Met de Provinciale Statenverkiezingen van 20 maart in aantocht willen wij een lans breken voor het belang van deze verkiezingen voor Amsterdam. Om de potentiële invloed van Amsterdam inzichtelijk te maken, hebben wij de stemverhouding voor deze verkiezingen geanalyseerd op basis van de vorige Provinciale Statenverkiezingen in 2015.
Toen was het totale aantal stemgerechtigden in Amsterdam 578.940 kiezers. Afgezet tegen het totaal aantal stemgerechtigden in de Provincie Noord-Holland – namelijk 2.045.269 – leiden we af dat bijna een derde van de stemgerechtigden in de provincie in Amsterdam woonde.
De 55 Statenleden van de Provincie Noord-Holland kozen in mei 2015 de 75 leden van de Eerste Kamer. Omdat niet alle provincies evenveel inwoners hebben, is elke stem van een Noord-Hollands Statenlid gewogen ten opzichte van de Statenleden van de andere provincies. Op basis van deze weging is de impact van Noord-Holland ongeveer een zesde van het totale aantal stemmen van de Eerste Kamer. En daarmee was Noord-Holland goed voor 12,5 zetels in de Eerste Kamer.
Amsterdam had, als iedereen was gaan stemmen, in effect circa 4 van de 75 zetels mogen aanwijzen. Gezien het toenemende belang van de Eerste Kamer en de smalle basis van de regeringscoalitie (de coalitie heeft nu één zetel meerderheid in de Eerste Kamer) is iedere zetel cruciaal. Die vier ‘Amsterdamse’ zetels kunnen dus echt een wezenlijk verschil maken, ook omdat historisch gezien regeringen kunnen struikelen in de Eerste Kamer (denk aan De Nacht van Wiegel tijdens Paars II).
Naast deze landelijke impact is de invloed van de provincie Noord-Holland op de stad Amsterdam ook anders zichtbaar. Denk bijvoorbeeld aan de windmolens in de Amsterdamse haven, de brug over het IJ en plannen van de provincie om de A8 dwars door de stelling van Amsterdam door te trekken naar de A9. Inhoudelijk gezien genoeg hete hangijzers voor Amsterdammers om zich nadrukkelijk over uit te spreken.
Echter, in 2015 heeft slechts 43,6% van de Amsterdamse stemgerechtigden – namelijk 250.023 kiezers – deelgenomen aan de Provinciale Statenverkiezingen. Daarmee heeft onze stad niet zijn volle invloed uitgeoefend, want de opkomst had minstens gelijk moeten zijn met de gemiddelde opkomst van 47,22% in de rest van de provincie (vergelijk dit bijvoorbeeld met Edam-Volendam met een opkomst van 48%, Bergen met 55% en Heiloo met 58%). Als je dit vergelijkt met de laatste Tweede Kamerverkiezingen met een Amsterdamse opkomst van 79%, dan is de lage opkomst nog pregnanter.
Laten we daarom in 2019, als verantwoordelijke hoofdstad, opstaan voor Amsterdam en de belangen van de metropoolregio door massaal op 20 maart naar de stembus te gaan.
—
Servaz van Berkum
Programmamaker Pakhuis de Zwijger en lid van de Provinciale Staten van 2011-2018
Maurice Seleky
Hoofd Marketing & Communicatie Pakhuis de Zwijger
Dit artikel werd eerder gepubliceerd in Het Parool.