Op 8 februari vindt het laatste programma in de reeks Bonenrevolutie plaats, twee dagen voor Wereldpeulvruchtendag. Peulvruchten verdienen meer waardering. Goed dus dat ze in het zonnetje gezet worden! Want hoe lekker, veelzijdig, voedzaam en duurzaam bonen ook zijn, we eten ze in Nederland nog steeds maar weinig. Wel liggen ze steeds vaker op ons bord in de vorm van vegetarische burgers of hummus. Maar juist die hele boon laten we links liggen terwijl daar de meeste voedingswaarde uit gehaald kan worden. Daar moet verandering in komen, maar hoe? Eén ding is zeker, we hebben iedereen nodig om onze eetpatronen te doorbreken. De boer en consument zijn belangrijke uiteinden van de keten maar waar nu echt het verschil gemaakt kan worden zijn de onderzoekers, overheden, ondernemers en supermarkten. Wat kunnen deze schakels doen waardoor het voor de boer makkelijker wordt om bonen te telen en voor de consument aantrekkelijker om ze te eten?
Om te beginnen bij de wetenschap. Onderzoekers kunnen de potentie van de boon uitdragen. Grote wetenschappelijke organisaties zoals Eat-Lancet en de FAO geven al aan hoe gezond en duurzaam peulvruchten zijn. Er lijkt weinig te betwisten over de hoeveelheid eiwitten en andere voedingsstoffen ze bezitten waardoor ze uitstekende vleesvervangers zijn en dus cruciaal zijn in de eiwittransitie. Daarnaast is de wetenschap natuurlijk belangrijk in de teelt van bonen, hoe efficiënter en duurzamer ze kunnen worden verbouwd, hoe beter voor de opbrengst en de boer.
Als tweede heeft onze overheid natuurlijk een belangrijke rol te vervullen. In de afgelopen jaren is er steeds meer beleid gekomen die stuurt op de eiwittransitie. Met de Nationale Eiwitstrategie heeft de overheid een globaal plan geformuleerd met als doel onze afhankelijkheid van veeteelt voor onze voeding te verkleinen en meer plantaardige voedingsbronnen te gebruiken. Toch is hier nog veel op aan te merken en gaat deze strategie voor velen nog niet ver genoeg. De overheid kan daarom nog veel meer doen om boeren, consumenten en ondernemers te ondersteunen in de missie naar meer peulvructen en minder vlees.
Als derde hebben ondernemers een belangrijke taak, namelijk door innovatieve ideeën en producten te ontwikkelen. Zij kunnen slimme strategieën bedenken die de boon weer in een nieuw jasje steken. Zo worden ze weer aantrekkelijker voor de consument en kunnen ze hun stoffige imago achter zich laten. Sommige ondernemingen geven al het goede voorbeeld, zoals de Boonzaak, die tempeh maakt van Nederlandse bonen, of restaurant Bonboon, die laten zien hoe lekker veganistisch eten met bonen als hoofdonderdeel kan zijn. Maar meer is altijd beter.
Als laatste blijven de supermarkten nog over. Bonen kunnen meer gepromoot worden, door beter na te denken waar ze in de winkel te vinden zijn bijvoorbeeld. Maar ze kunnen ook meer worden uitgelicht in tijdschriften als Allerhande of meer in kant-en-klaar maaltijden worden verwerkt. Dit vraagt ook een open houding van supermarkten tegenover nieuwe ondernemingen zoals bijvoorbeeld de eerdergenoemde tempeh van Hollandse bonen. Als supermarkten eerder dit soort innovatieve ideeën een plekje durven te geven in hun schappen, beïnvloedt dit wellicht ook de houding van de consument tegenover bonen.
Iedereen heeft dus een steentje bij te dragen om een toekomst met meer bonen en minder vlees te bewerkstelligen. Flevocampus beschrijft in hun White Paper, die ze tijdens het programma op 8 februari zullen presenteren, in meer detail hoe dit gedaan kan worden. Deze avond gaan we met verschillende mensen uit de keten in gesprek over oplossingen. Bonen bezitten al alle eigenschappen die ze een fundamenteel ingrediënt maken van ons toekomstige dieet. Nu moeten we alleen nog zorgen dat iedereen deze eigenschappen ook gaat zien en waarderen.
Reserveer snel je plekje via deze link. Het programma start om 19.00 in Almere bij het Food Forum. Je kunt ook reserveren voor een speciale #BeanMeal om 17.30. Tot dan!