Van kunst tot geneeskunde, van school tot oorlog: overal kruipt kunstmatige intelligentie het leven binnen. Techbedrijven concurreren met elkaar om zo snel mogelijk nieuwe vormen van kunstmatige intelligentie op de markt te brengen, waardoor nieuwe doorbraken elkaar in snel tempo opvolgen. Ook grootmachten zetten massaal in op het ontwikkelen van kunstmatige intelligentie, bijvoorbeeld bij het ontwikkelen van autonome wapens of het grootschalig monitoren van de eigen bevolking. Binnen de gezondheidszorg zorgde kunstmatige intelligentie al voor betere diagnoses. Sommige nieuwe toepassingen leidden zelfs al tot discussies over de vraag of er sprake is van zelfbewustzijn. Het moment dat kunstmatige intelligentie intelligenter is dan menselijke, lijkt steeds dichterbij te komen.
De vraag is: hóé gaan al deze ontwikkelingen de samenleving vormgeven? Wie plukt er de vruchten van? Benutten techbedrijven en overheden ze om meer invloed uit te oefenen op mensen? Is het überhaupt mogelijk controle te blijven houden over de technologie – en hoe dan? Lukt het overheden wetten te maken voordat kunstmatige intelligentie de samenleving schade toebrengt? En meer persoonlijk: wat is het effect op onze hersenen wanneer die straks mogelijk continu in contact staan met digitale breinen? Wat doet kunstmatige intelligentie met de creativiteit van muzikanten, fotografen en andere artiesten? Kunnen mensen wel omgaan met de eindeloze mogelijkheden ervan? Wordt de mens overbodig?
Kunstmatige intelligentie is geen verre toekomstmuziek meer. Ze is onderdeel van elk aspect van ons leven. Na het ontwaken geef ik met mijn stem mijn geluidsinstallatie een commando om muziek aan te zetten, zodat ik iets heb om naar te luisteren terwijl ik mijn ontbijt klaarmaak. Vervolgens vraag ik wat voor weer het wordt en of het al bijna stopt met regenen. Op mijn telefoon kijk ik of het druk zal zijn op de weg. Terwijl ik mijn planning voor de dag maak, geeft een virtuele assistent suggesties om afspraken te verplaatsen zodat ik efficiënter kan werken. Als ik daarna op socialemediaplatforms kijk terwijl ik mijn koffie drink, bepaalt een algoritme wat ik zie en probeert zo mijn aandacht zo lang mogelijk vast te houden. Intussen berekenen vele andere algoritmen op de achtergrond hoeveel die aandacht waard is en welke advertenties zichtbaar worden.
De AI-revolutie komt er niet alleen aan, ze is al bezig. Worden we er beter of slechter van? Hebben we daar nu of straks überhaupt invloed op? Met volledige zekerheid de toekomst van en met kunstmatige intelligentie voorspellen is onmogelijk, zelfs met de slimste algoritmen. Wel kunnen we kijken naar waar de technologie ons heeft gebracht, proberen te begrijpen wat ze is en waar ze de maatschappij naartoe zal kunnen voeren.
Heb je interesse gekregen in het boek? Kom dan naar de boekpresentatie van ‘De AI Revolutie‘ op woensdag 24 januari in Pakhuis de Zwijger. Reserveer hier je gratis plek!
