Dit jaar is Pakhuis de Zwijger voor het eerst een officiële IDFA-locatie. Naar aanleiding hiervan sprak ik met Jasper Hokken over het festival, zijn tips en de samenwerking met Pakhuis de Zwijger.
Hoe ben je begonnen bij IDFA en wat doe je daar precies nu?
“Ik ben in 2011 als stagiair begonnen bij IDFA op de programma-afdeling. In dat jaar ben ik ook afgestudeerd en eigenlijk gelijk teruggekomen. Eerst als programma-assistent, het jaar daarna mocht ik films selecteren en ik denk dat ik nu vijf, zes jaar meebeslis over de selectie. Eerst als junior-programmeur en nu als volwaardig programmeur. Bij IDFA doe ik dit jaar drie dingen: ik selecteer de korte films, de Nederlandse films en een programma dat heet IDFA on stage. Dat is een programma waar we documentaires combineren met podiumkunsten, dat kan muziek, theater, dans of nieuwe media zijn. Het zijn meer speciale evenementen.”
Doe je zelf ook nog iets met film?
“Ik heb aan de Universiteit van Amsterdam Media en Cultuur met specialisatie filmstudies gestudeerd, maar ik ben geen maker. Ik ben echt een filmliefhebber, ik kijk heel veel, zowel documentaire als fictie maar voor mijn werk voornamelijk documentaires.”
Wat is het overkoepelende thema dit jaar bij IDFA?
Er is niet één overkoepelend thema, ons programma is heel breed. We selecteren meer dan 300 films, dus we hoeven ons niet te focussen op één bepaald onderwerp of een bepaalde stijl. We proberen het juist zo breed mogelijk te houden. We hebben wel drie focusprogramma’s dit jaar. Elk jaar hebben we vaste programma’s en de focusprogramma’s die wisselen elk jaar. Een focusprogramma heet ‘re-releasing history’ en dat gaat over het creatief gebruik van archiefmateriaal in documentairefilm. We hebben een ander focusprogramma over de villain, de schurk, het focust op de relatie tussen de filmmaker en iemand die wij zien als schurken en het gaat dan met name om de dialoog tussen de filmmaker en die schurk. En we hebben een focusprogramma dat heet it still hurts en dat gaat over de nasleep van de veranderingen die tijdens de Tweede Wereldoorlog hebben plaatsgevonden; hoe dat nu nog speelt in politiek over de wereld. Dus het zijn geen films over de oorlog maar over de naoorlogse periode. Daarnaast programmeren we heel breed, van nieuwe mediakunst en kinderfilms tot muziekfilms en eigenlijk alles wat er tussenin zit.
Patricio Guzmán is jullie hoofdgast, in welk focusprogramma past hij?
“Dat is een apart onderdeel, sinds de eerste editie vragen we een grote gerenommeerde documentairemaker om zijn top tien van zijn films die hem het meeste hebben geïnspireerd in zijn carrière of in zijn leven samen te stellen en we vertonen dan ook altijd een retroperspectief van het werk van die maker, in dit geval worden er zeven films van Patricio Guzmán vertoond op IDFA.”
Wat verwacht je van deze editie?
“Het algemene gevoel onder de programmeurs en de organisatie is dat het één van de betere programmeringen is van IDFA ooit, we zijn heel erg trots op de programmering die we dit jaar hebben neergezet. De kwaliteit van de films is heel erg hoog dit jaar. Verder is het heel moeilijk te zeggen, er zijn ieder jaar ook heel veel verassingen hoe bijvoorbeeld het publiek, de media en de pers het programma waarderen.”
Wat willen jullie als organisatie aan het publiek meegeven, wat willen jullie overbrengen?
“In ieder geval dat er heel veel goede films worden gemaakt. Dat er meer is dan wat je op TV ziet, dat er meer is dan het journalistieke werk dat op TV wordt vertoond. Dat er ook echt documentaire kunst is wat vaak niet de bioscoop in Nederland haalt. Dat documentaires ook echt onderdeel uitmaken van de ‘filmkunst’ zoals ook fictiefilms. Maar dat is iets wat we al 32 jaar doen.”
Dus dat is eigenlijk het leitmotiv van de hele organisatie?
“Ja, precies en dat is niet veranderd in de loop der jaren. Ik denk ook dat, dat het gene is waarom veel mensen elk jaar naar IDFA komen.”
Maar jullie willen niet iets maatschappelijks agenderen?
“Met veel individuele films zeker. We doen veel nagesprekken bij films, nagesprekken over de filmkunst maar ook nagesprekken over de onderwerpen van de films. Er zijn tientallen nagesprekken bij films, die meestal ingaan op de problematiek die in de films worden besproken en dan gaan we met experts en de filmmakers in gesprek. Dus het debat is zeker heel erg belangrijk onderdeel van het festival en dat is ook wat jullie hier in Pakhuis de Zwijger gaan doen met enkele films.”
Dit jaar hebben jullie ook Pakhuis de Zwijger als locatie, hoe is dat gekomen?
“Eigenlijk werken we al negen jaar samen aan IDFA by night en dat zijn onze openlucht vertoningen in de zomer. Samen met Pakhuis de Zwijger doen we dan een programma wat over twee weken loopt met IDFA-films van het jaar daarvoor. En we hebben ook al die jaren al het idee gehad dat we met het IDFA festival nog wat wilden doen. En tijdens IDFA by night worden er ook programmamakers van jullie gekoppeld aan bepaalde films waarbij een randprogramma’s worden gemaakt. We doen hier verschillende evenementen door het jaar heen, een paar weken terug hadden we hier nog een ‘dikke vrienden diner’, dat was een diner voor sponsoren van IDFA. Dus we komen hier geregeld over de vloer met IDFA-evenementen dus het is ook best wel logisch dat we het nu doortrekken naar het festival zelf.”
Wat mogen we absoluut niet missen dit jaar?
“Als ik vanuit mijn eigen programma’s spreek, IDFA on stage. Dat zijn evenementen die eenmalig zijn, die maar één keer in deze vorm te zien zijn. Die films kan je misschien later nog op andere festivals en televisie zien maar de live evenementen zijn alleen ontwikkeld voor IDFA. We hebben bijvoorbeeld evenementen waar muzikanten een film begeleiden, acteurs delen van de film naspelen etc., dat is een heel andere ervaring dan alleen de film zien.”
Weten welke documentaires er allemaal worden vertoont in Pakhuis de Zwijger? Kijk in onze agenda.