Voor sommigen misschien een onverwachte combinatie: ingenieur en dichter. Dina El Filali is het allebei. Waar ze als urban environmental system engineer ecosystemen en het ‘metabolisme van de stad’ probeert te hervormen, verwerkt ze deze complexe materie met woord en geschrift. Mounir Samuel noemde haar eerder al een ‘hervormingsfundamentalist’ en roemt haar divergente werkwijze. We spreken Dina over innovatie in de stad, (eco)systeemveranderingen en de empowerment van burgers in al het bovengenoemde.
Hoi Dina! Allereerst, wie ben je en wat doe je?
‘Hoi! Ik ben in de eerste plaats ingenieur. Urban Environmental system engineer om precies te zijn. In die rol benader ik de stad als een ecosysteem met bijbehorend metabolisme. Dit metabolisme moet verbeterd worden, zodat alle materialen die de stad binnenkomen op een zo circulair mogelijke manier gebruikt en verwerkt worden. Eigenlijk noem ik mezelf het liefste system innovator, aangezien ik me voornamelijk met de innovatie van stedelijke systemen bezighoudt. Dit is ook waar mijn bedrijf ME-TREC op is gericht; het hervormen van resource flows, zoals energie, voedsel, water en andere materialen, om op die manier bedrijven en overheden te helpen de overstap te maken naar circulaire systemen. Daarnaast ben ik dichter. Ik begon als kind al met schrijven, omdat ik ontdekte dat dit mij de vrijheid gaf om de complexiteit van de wereld te vatten. Nu is dichten voor mij een manier om de complexe materie waar ik me als ingenieur mee bezighoudt, te verwerken. Dat ik daar ook waardering voor krijg, door bijvoorbeeld genomineerd te worden voor de El Hizjra Literatuurprijs, is geweldig.’
Wat is voor jou de meerwaarde van de Nieuw Amsterdam Raad?
‘De ironie van mijn lidmaatschap van de Nieuw Amsterdam Raad is dat ik al zeven jaar buiten Amsterdam woon. Voor mijn onderzoek naar de behoeftes van burgers en andere factoren die een rol spelen tijdens duurzame transities, en tijdens mijn stage bij AMS Institute, ontwikkelde ik een methode om systemen te ontleden en vervolgens de karakteristieke eigenschappen van een systeem te observeren. Als onderdeel van het onderzoek gaf ik een aantal workshops aan ‘burgers’ in Nieuw West, in De Lieve Stad. Daar ontmoette ik Egbert (Fransen), die mij vervolgens vroeg om een nieuwjaarswens uit te spreken voor Amsterdam. Dat is nu bijna een jaar geleden en sindsdien ben ik terug in ‘mijn stad’. Het liefst help ik Amsterdam om voor altijd voort te kunnen bestaan. Om dat te kunnen doen moet de stad weerbaar zijn en hiervoor is samenwerking, maar ook het inzichtelijk maken van alle complexiteiten binnen de stad, nodig. De multidisciplinaire aard van de Nieuw Amsterdam Raad, waarin enorm veel expertise en ervaring is gevat, heeft de mogelijkheid complexiteiten uit te lichten. De meerwaarde van een collectief als dit zit hem dan ook in de mogelijkheid tot verandering en innovatie. Samen zijn we meer dan de som van al onze individuele krachten.’
Wat zou je graag willen bereiken met de Raad?
‘Iets wat heel concreet is en recentelijk heeft plaatsgevonden is een ontmoeting tussen de Nieuw Amsterdam Raad en de Gemeenteraad. Tijdens de avond presenteerden een aantal leden van de NAR concept ideeën, die hopelijk kunnen worden meegenomen in toekomstige beleidsvorming van de Gemeenteraad. Het feit dat ons advies wordt gevraagd en onze brede blikken worden ingezet, is precies waar de Raad voor bedoeld is. De avond was onwijs succesvol, dus ik hoop dat er meer van dit soort ontmoetingen zullen plaatsvinden.’
Hoe ziet jouw stad van de toekomst eruit?
‘Ik maak me zorgen om onze almaar groeiende steden. Ons stedelijk klimaat verandert hierdoor sterk en energie- en hulpbronnen worden steeds schaarser. Ik wil bijdragen aan een stad die in staat is om met veranderingen om te gaan, die zich kan ontwikkelen en aanpassen aan zijn omstandigheden en burgers. Tegelijkertijd moeten burgers in staat worden gesteld om in zo’n stad te bewegen en mee te ontwikkelen. Nu zie je dat mensen vaak niet goed op de hoogte zijn van innovaties; burgers worden niet actief betrokken bij veranderingsprocessen. Als we echter een slimme stad willen creëren, dan horen daar empowered en included citizens bij. Duurzaamheid is het product waar we naartoe willen, maar om daar te komen moet er eerst een reeks sociale innovaties plaatsvinden.’
Wat is jouw rol als ingenieur in zo’n stad?
‘Angst voor het onbekende en verandering weerhoudt ons vaak innovaties in gang te zetten, of om als collectief te werken. Ik hoop, zowel met ME-TREC en als Nieuw Amsterdam Raadslid, bruggen te slaan binnen een complexe stedelijke context. Ik ben bijvoorbeeld bezig een Duurzaam Inloopuur voor Nieuw Amsterdam te ontwikkelen. Concreet houdt dat in dat ik één dag per week bij New Metropolis ga zitten en die dag namens ME-TREC doneer aan lokale burgers, partijen en ambtenaren die allerlei vragen over duurzaamheid, circulariteit en resilience hebben. Ik hoop hiermee de drempel te verlagen voor burgers die graag geïnformeerd willen worden, hulp nodig hebben of simpelweg willen weten waarom we deze transitie naar een duurzame stad nodig hebben. Het doel is vooral om in Nieuw West als schakelfunctie te werken tussen wetenschap, politiek, mensen (burgers) en bedrijven en zodoende bijdragen aan een duurzaam Amsterdam.’