Ook dit jaar was het Westergasterrein het bruisend hart van de Unseen Fair. Europe’s finest fotografen, curatoren, experts en galeriehouders verzamelden hier om de state of art van de hedendaagse fotografie te zien en te kopen. Als team Creatieve Industrie van Pakhuis de Zwijger zijn wij altijd op zoek voor fotografietalent om in de spotlight te zetten op onze podia en in onze expo’s. Wij mochten een kijkje nemen tijdens de opening in de afgeladen Westergasfabriek, waar de 8e editie van de fotobeurs van start ging.
Een bijzondere editie omdat het de eerste keer is onder leiding van de nieuwe artistiek directeur Marina Paulenka. Hoe vertalen haar ambities – een postkoloniale blik op identiteitsvorming – zich naar de praktijk als we om ons heen kijken?
De doorgewinterde Unseen-bezoeker weet dat de fair door de jaren heen bekend is geworden als dé plek om fotografische kunst wereldwijd platform te bieden. Ook dit jaar zijn ze daar weer in geslaagd. Met 53 galeries, 140 exposerende artiesten en 95 speciale projecten die voor het eerst getoond werden, barst het van de nieuwe talenten, thema’s en breed palet van stijlen en technieken.
Daarbij is er duidelijk een sterke aanwas uit landen die een jonge geschiedenis kennen van fotografie en (nog) weinig erkend worden in de industrie – met makers uit Iran, Namibie, Argentinië, Ghana en Japan. Zo bouwt Unseen steeds breder aan hun internationale community.
Zodra je de ruimte binnenstapt word je overladen met impulsen. Al zigzaggend door alle stellages probeer je alles op te nemen, maar dit blijkt al gauw onmogelijk. Daarom hebben we 3 galeries/makers uitgelicht die wiens werk in ons geheugen geprint staat.
Een terugkomend aspect waren makers van kleur, met name de Afrikaanse diaspora.
Neem bijvoorbeeld Gallery 1957, de galerie afkomstig uit Accra, Ghana, waarbij de serie Alba’hian van de Ivoriaanse Joana Choumali getoond werd. De titel van de serie betekent ‘het eerste daglicht’, wat Choumali op bijzondere wijze weet vast te leggen – het werk toont Accra in de ochtenduren, met gebruik van borduur, fotografie en schilder/tekenkunst.
De Red Hook Labs, de uit New York afkomstige gallerie verwant aan het Amsterdamse Foam, behoort niet tot de nieuwe galleries – zij doen voor het vierde jaar op rij mee aan de art fair – maar steekt er wat ons betreft met kop en stuk bovenuit.
De werken van makers Kyle Weeks waren betoverend. De Namibische fotograaf exposeerde met utopische foto’s van iets tussen een mens en een zeewezen in. Door zijn lens lijkt de geportetteerde mensen in hun natuurlijke habitat verkeren en er nooit anders hebben uitgezien dan dit, waarmee speelt met de (sur)realiteit.
De winnaar van de Unseen Talent Public Award, Kevin Osepa, brengt de concepten van postkolonialisme en identiteit perfect samen. Osepa smelt hypermasculiniteit, zwarte cultuur en intimiteit samen in zijn geprezen serie Riku. Met veellaagse foto’s geeft hij intersectionaliteit op zijn eigen manier weer, wat feilloos samenvalt met ‘Nature of Change’, het thema van de award.
Met geëxposeerde werken van Choumaili, Weeks en Osepa en de gemaakte keuze voor galeries als Red Hook Labs en Gallery 1957 zien we de ambities van Marina Paulenka helder terug.
Als curatoren en programmamakers bij Pakhuis de Zwijger volgen we de ontwikkelingen binnen de fotografie-en beeldcultuur op de voet. In een tijd van Instagram waarin copy-paste cultuur niet meer weg te denken is, kan het lastig zijn originele beelden te vinden die een ander verhaal vertellen. Unseen laat letterlijk zien dat ze weten wat er speelt en dat, hoewel bepaalde fotografische trends de overhand hadden, ze nieuwe makers, op waarde weten te schatten en op impliciete wijze maatschappelijke issues dichtbij brengen.