Dataïsme is het geloof dat de wereld is te vatten in data en algoritmen. Dit maakt het leven voorspelbaar en overzichtelijk, maar zijn mens en natuur wel digitaal samen te vatten? Wat gebeurt er wanneer de werkelijkheid zich niet conformeert aan de verwachting? Wie heeft dan gelijk, de mens of de computer? Welke foutmarge is acceptabel als wat de computer zegt, buiten alle twijfel wordt geacht? Zijn we dan nog onschuldig tot het tegendeel is bewezen? Samen met onder andere Miriam Rasch, Martijn de Waal, Arjan Widlak en Caroline Nevejan gaan we op zoek naar de contouren van deze brave new world.
Miriam Rasch
Schrijver van Frictie: Ethiek in tijden van dataïsme. Miriam Rasch is onderzoeker aan de Institute of Network Cultures verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam.
Caroline Nevejan
Caroline Nevejan is Chief Science Officer van de gemeente Amsterdam en bijzonder hoogleraar Designing Urban Experience aan de Universiteit van Amsterdam.
Martijn de Waal
Martijn de Waal is onderzoeker en lector bij de Hogeschool van Amsterdam voor Play- & Civic Media. Daarnaast is hij mede-auteur van de Platform Samenleving, waarin hij samen met medeauteurs José van Dijck en Thomas Poell de verankering van publieke waarden in de platformsamenleving onderzoekt.
Arjan Widlak
Arjan Widlak is directeur en onderzoeker bij Stichting Kafkabrigade, een organisatie die onnodige bureaucratie opspoort en oplost. Arjan publiceert regelmatig over de impact van informatietechnologie op het openbaar bestuur. Stichting Kafkabrigade verzorgt ook masterclasses over digitalisering en behoorlijk bestuur.
Wat is dataïsme?
Hoeveel mensen overlijden aan ouderdom? In het Londen van 1650 waren dat er 696. Daarnaast stierven er negen aan verdriet, en 31 aan wolven. Ouderdom en verdriet zijn nu geen erkende doodsoorzaken meer. En pas in 1948 stierven er geen mensen meer aan wolven. Kortom: categorieën zijn minder neutraal dan ze lijken, maar zitten stilzwijgend vol interpretaties.
Dataïsme is het geloof dat alles te vertalen is in data. Data leggen de wereld vast en maken haar beheersbaar. Maar voor wie en met welk doel? Ethische dilemma’s rondom data worden vaak gereduceerd tot zaken als privacy en regulering, terwijl de onderliggende aannames van het dataïsme zelden ter discussie staan. Is de mens echt als algoritme te begrijpen? Wat gebeurt er met de dingen die niet in data te vatten zijn? En waarom wordt de dataïstische toekomst voorgesteld als onvermijdelijk?